maandag 28 mei 2012

Voor de laatse keer: Wilt u afronden?

Een penningmeester en een secretaris die samen naar Santiago fietsen. Een gegeven dat vraagt om er stilistisch iets mee te doen. Vandaar ruim vier weken lang deze weblog over onze belevenissen steeds geschreven in de derde persoon waarbij het avontuurlijke een leuk contrast vormde met het ambtelijk gebruik van de functienamen secretaris en penningmeester.



Deze laatste weblog een terugblik in de wij-vorm.

Ongeveer een week voor ons vertrek zei Adrie Dik ons: “Mireille zou dolgraag jullie weblog volgen.”
Voor de volgers die niet zo bekend zijn met ons genootschap: zij is erelid en medeoprichtster van ons genootschap: kunsthistorica dr. Mireille Madou. Het is moeilijk te bevatten dat wij Adrie niet meer kunnen vertellen hoe bijzonder dit contact uiteindelijk geworden is.  Mireille reageerde dagelijks en kon zich ongelooflijk goed inleven hoe wij ‘de tocht der tochten’ beleefden. Wij (Bas en André) zijn beiden niet kunsthistorisch onderlegd, maar van Mireille leerden wij dat kunsthistorie ook een ‘kijkvak’ is. Gingen we eerst nog aan de hand van ‘de boekskes’ een kerk of kapel in. Onderweg leerden we dat je ook kunt genieten door gewoon goed om je heen te kijken waarbij je vanzelf veel ontdekte. Zo gaf het bijvoorbeeld veel voldoening zelf een keer te ontdekken, dat een auteur van een boekske het fout had en een Rochus met een Jacobus verwarde.



Mireille Madou en Adrie Dik

Het werd een vreemde reis voor ons. We wilden in één keer van Almere naar Santiago fietsen, maar het werd een reis in twee delen. Curieus genoeg waren die twee delen even lang: ieder 15 dagen.

Zondag 15 april vertrokken we. De eerste twee dagen (tot Breda) met de wind in de rug. Vervolgens kregen we de wind tegen en ging het regenen. Dit heeft – een enkele dag daargelaten – het verdere eerste deel geduurd.
Zondagmiddag 29 april zaten we in een café in Saint Jean d’Angely bij te komen van de zoveelste stortbui, toen we het bericht kregen dat Adrie die morgen vroeg was overleden, terwijl ze met haar man Gerrit op pelgrimage in Frankrijk was.
Adrie was niet alleen ons medebestuurslid van ons genootschap, maar ook een goede vriendin.
Voor ons was het daarom meteen duidelijk: dit bericht is het einde van onze reis.
We zijn dankbaar dat we Gerrit niet alleen in woorden, maar ook in daden hebben kunnen steunen.

Hervatting van de tocht
Terug in Nederland dachten we eigenlijk niet meer aan een vervolg van onze reis. Dat komt nog ooit wel eens, dachten we.
Zo rond de begrafenis, kregen we echter steeds meer het gevoel dat het niet in de geest van Adrie zou zijn onze reis voorlopig als beëindigd te beschouwen. Ze leefde zo met ons mee tijdens onze reis: bijna dagelijks stuurde ze een sms.
Uiteindelijk besloten we onze reis weer zo spoedig mogelijk te hervatten en deze af te maken ter nagedachtenis aan Adrie. Donderdag 10 mei namen we de TGV naar Bordeaux en vrijdag fietsten we door een heet en zonovergoten Les Landes.
Van Gerrit hadden we een kaartje gekregen: Ik kan niet zeggen hoe blij ik ben dat jullie de tocht der tochten gaan vervolgen. Als jullie in de geest van Adrie willen pelgrimeren, moeten jullie er een feest van maken.  
Dit hebben we zoveel mogelijk proberen te doen.

Reisgezelschap
Het tweede deel van de reis verschilde niet alleen in het weer (alles hebben we bij elkaar misschien een half uur regen gehad) we hadden ook reisgezelschap. Vrijdag 11 mei ontmoetten we Jan en Martin in Labouheyre en zaterdag 12 mei Annemie. We hebben niet echt samen gefietst – wel af en toe eens een (half) dagje met Annemie – maar verder gingen we onze eigen weg. We hebben bewust ook geen telefoonnummers uitgewisseld. Zagen we elkaar, dan was het goed, zo niet, dan was het ook geen probleem. Het was mooi dat we uiteindelijk op zaterdag 26 mei samen gegeten hebben in Santiago.


Annemie



Jan en Martin

Weblog
Het bijhouden van een weblog was iets dat de secretaris voor het eerst deed. Het was leuk en dankbaar werk, zeker gezien het groot aantal volgers en de leuke interactie met Mireille.
Maar het dagelijks op zoek gaan naar een wifi mogelijkheid en het schrijven was ook wel eens een opgave, Maar, zoals de vader van Mireille al zei: “De duivels in de hel branden ook graag, maar dat wil nog niet zeggen dat ze het niet warm hebben.”
Mooi is in ieder geval dat het op drie dagen na gelukt is om elke dag een wifi faciliteit te vinden. Alleen in Les Rues de Vignes (Noord-Frankrijk), Labouheyre en Belorado lukte het niet.
Van de mensen die we ontmoetten, vroegen we zoveel mogelijk de naam en we zeiden ook dat we iets over hen op onze weblog gingen zetten.
Sommige mensen vertelden hele (indrukwekkende) verhalen met intieme details. Soms werden mensen tijdens het vertellen emotioneel. We hebben dit bewust niet op onze blog gezet.

Korttenige adelaar
Ineens, in het Forêt d’Orléans, was hij daar: de korttenige adelaar. In het eerste deel van de St. Jacobs fietsroute schrijft Clemens Sweerman: Naast talloze zangvogels ziet men ongetwijfeld de grijze patrijs, kiekendief of buizerd en met veel geluk de enkele korttenige adelaar.
Wij hadden nog nooit van die vogel gehoord, maar het werd een vriend van ons. En als u het leuk vindt, moet u maar eens kijken wat er gebeurt als u korttenige adelaar op Google intoetst.
Maar; de korttenige adelaar werd een Leitmotiv op onze tocht. Het ga hem goed.     

We zijn dankbaar dat we onze tocht hebben kunnen afmaken en zonder al te veel problemen na 2400 km in Santiago zijn gearriveerd. We zijn niet ziek geweest en hadden slechts één keer een lekke band (bij Noyon). Ook is er geen onvertogen woord tussen de secretaris en penningmeester gevallen.
We hebben vaak aan Adrie gedacht, maar we zijn ook niet vergeten ook een feest van onze pelgrimage te maken.

We vonden het leuk dat u ons volgde en wellicht nog eens tot ziens.

Afronden
De kleine kas is leeg en er is niets meer voor de rondvraag.
De penningmeester vraagt daarom voor de laatste keer aan de secretaris:
Wilt u afronden?


Bas en André Brouwer, 28 mei 2012



Boven de romaanse toren zendt de korttenige adelaar ons een laatste groet


Wij vieren feest

Het blijft lastig om een punt achter deze weblog te zetten, want ook naar huis pelgrimeren is ontmoeten.
De penningmeester en secretaris reizen via Barcelona terug naar Amsterdam. Op het vliegveld is daar Kees uit Waalwijk die ook terug naar huis gaat.

Voor Kees was het een wonder dat hij de camino nog heeft kunnen lopen. Medici van de Universiteit van Nijmegen wilden al allerlei kunstledematen aan hem kwijt. Kees ging naar een alternatieve dokter die zei dat Kees vertrouwen moest hebben in hem en vervolgens met 'hamer en beitel' de heup van Kees te lijf ging.
Kees liep de camino vanuit Dax. Lang geleden was Kees daar op vakantie met zijn gezin. Op de camping gebeurde er een ongeluk. Zijn anderhalf jaar oude dochter Femke kreeg een pot thee over zich heen en moest met ernstige brandwonden in het ziekenhuis worden opgenomen.



Kees uit Waalwijk met de penningmeester


Vandaar dat Kees vanuit Dax wilde lopen. Kees had geen deadline aan zijn tocht gesteld, maar ineens kwam die er wel omdat Femke een 'heuglijke mededeling' heeft te doen.

Kees had genoten van de voorjaarsbijeenkomst in Utrecht verleden jaar en wil wel graag met 'het bestuur' op de foto met zijn eigen fotocamera.
De penningmeester schiet twee meisjes aan om de foto te maken. Zij zijn een lang weekeinde naar Barcelona geweest om uit te gaan. Ze hebben wat te lang gefeest en daardoor hun vlucht gemist.

Als de secretaris naar het vliegtuig loopt heeft hij spijt dat hij geen foto van deze laatste ontmoeting gemaakt heeft. Na vier weken allerlei levensgeschedenissen aangehoord te hebben - met alle respect overigens voor de vertellers ervan - is het ook wel eens leuk om het verhaal van twee feestende meisjes te horen. Net zoals je na een paar grand crus, ook wel weer eens zin hebt in een koud pilsje.
Helaas, gemiste kans.

De secretaris en penningmeester zitten ieder aan het gangpad. Het vliegtuig loopt langzaam vol. De secretaris zit op stoel 17D. Stoel E en F zijn nog vrij.
'Voor die feestende meisjes',  zegt hij gekscherend.

En ja hoor, wie komen daar aan, zoekend naar stoel E en F?



Lidiane en Cecilia met de secretaris


Tijdens de vlucht nemen we er nog een op. De pelgrimbroers ieder een koud pilsje en Lidiane en Cecilia een wodka met ijs.


Dit was echt de allerlaatste ontmoeting. Vanavond nog een epiloog.

zaterdag 26 mei 2012

Wilt u afronden?

Zondag is het wifi café gesloten. Zondagmiddag vliegen we terug naar huis.


Daarom maandag a.s. de allerlaatste aflevering van deze blog met nog niet eerder gepubliceerde foto's.


Bijvoorbeeld deze.

Fietsende dames langs de Schelde

Bas en André Brouwer, Santiago de Compostela, 26 mei 2012

Wilt u afruimen?

Het plein voor de kathdraal is de plaats van de ontmoetingen.

Twee fietsers arriveren.
Hebben we die niet op de Cruz de Ferro ingehaald? vraagt de secretaris.
Nee, zegt de penningmeester beslist.
Toch hebben ze een bekend gezicht, houdt de secreratis vol.
Het blijken Marijke en Arno die in Alkmaar bij de secretaris om de hoek wonen.

Marijke en Arno uit de Alkmaarse wijk Daalmeer


In restaurant don Jaime zitten Isa en Beijers uit Zuid-Afrika naast ons. Donderdag waren ze onze buren op het terras in Arzua. Ze hebben de laatste 40 km in één keer gelopen.
Isa en Beijers wonen al tien jaar samen en drijven een hotel/restaurant. Onlangs zijn ze getrouwd en de camino is hun huwelijksreis.


Isa en Beijers


Zaterdag arriveren Joop en Ada uit Woensdrecht die ons genootschap te commercieel vonden.

Ada en Joop met vlaggetje van Vlaams genootschap voorop


Na de pelgrimsmis ontmoeten de pelgrimsbroers Martin en Jan. En als even later de korttenige adelaar hoog over de Praza do Obradoiro vliegt kan ook Annemie niet ver meer weg zijn.
Ze waren met enkele onderbrekingen onze 'reisgenoten' vanaf Les Landes in Frankrijk. Soms zagen we elkaar een paar dagen niet en dan was er steeds weer die onverwachte hartelijke ontmoeting.
In Santiago gebruiken we de lunch met elkaar.

Annemie, Martin en Jan


Annemie is deze laatste dag doornat geregend.
Dat zal zijn om al mijn zonden weg te spoelen, aldus Annemie.

Marian uit San Francisco viel op het terras in Arzua op door haar gloednieuwe beige outfit waar geen spatje modder op zat.
Vandaag heeft ze weer een nieuw zwart setje aan.

Marian uit San Franciso samen met onze Jan

In het museo van de kathedraal is een mooie bibliotheek met werken uit de twaalfde tot en met de negentiende eeuw. De secretaris, in een vorig leven bibliothecaris, vraagt netjes aan een suppoost of hij een foto mag maken.
Nee, dat mag helaas niet, en overal hangen camera's, aldus de suppoost.
Maar zegt hij op neutrale toon. Ik ga nu even twee minuten weg.

Bibliotheek in kathedraal

Vanaf de galerij van het museum is  er een mooi uitzicht op het plein waar het vanwege de regen stil is.


Verregend Praza do Obradoiro

En natuurlijk fraaie beelden van de apostel.

Anoniem, ca 1500


En des avonds geen pelgrims maar uitgaanspubliek op het plein.


De secretaris fotografeert maar een zwarte kat.



Volgens een oude traditie krijgen de eerste tien pelgrims een gratis maal in Los Reyes Catolicos, vroeger het pelgrimshospitum, tegenwoordig een luxe parador tegenover de kathedraal.
De gebroeders Brouwer gaan straks proberen bij de eerste tien te horen.


In de kou wachten op een gratis maaltijd bij de parkeergarage
.
Zelf eten in de keuken halen



In de comedor voor de pelgrims in Los Reyes Catolicos

En het is gelukt. In de Parador is het eerst zelf eten halen in de keuken en dan eten met Pablo en Jovenita uit Valencia, Jake en Stephanie uit Washington (maar de laatste drie jaar woonden ze in Korea waar ze Engelse les gaven), Marianne en Bettina uit Duitsland, onze Annemie en een wat eigenwijze Pakistaan van wie we de naam niet hoeven te weten.

Het was een bijzondere belevenis, maar zoals de penningmeester aan het eind vroeg:
Wilt u afruimen?

Op weg naar de uitgang stootte de secretaris nog zijn hoofd aan het lage plafond. Van schrik kuste hij nog maar een keer de bruid.

Bruiloft in de Parador


Dit was de voorlaatste aflevering. Er komt nog één epiloog, maar wellicht pas maandag als de beide pelgrims weer veilig thuis zijn. 






vrijdag 25 mei 2012

De pelgrimbroeders zijn gearriveerd!

Arzua - Santiago de Compostela 40 km



Dichte mist deze laatste etappe. Druppels slaan neer op de brillen. Van het landschap is weinig te zien.

Penningmeester in de mist

De secretaris ziet dan ook niet hoe lang de klim naar Lavacolla is, zodat hij te warm gekleed drijfnat boven komt en besluit zich daar maar in droge kleren te steken. Je kunt toch niet drijfnat van het zweet voor onze apostel verschijnen?

Interessante discussie
Terwijl de secretaris zich verkleedt, vindt er nog een klein incidentje plaats. Een Spaanse pelgrim vertelt welke kant de pelgrimbroers uit moeten en vertelt erbij dat hij zelf de andere kant uitgaat omdat hij de camino in tegensgestelde richting loopt.
Als de secretaris knikt dat hij het begrepen heeft en de converstatie wil vervolgen, herhaalt de Spanjaard zijn mededeling.
De secretaris antwoordt nu mondeling dat hij de mededeling heeft begrepen, waarna de Spanjaard weer vertelt dat hij de camino in tegengestelde richting loopt.
Ja, dat heb je nu al drie keer verteld, antwoordt de secretaris enigszins geergerd.
Ja, maar je hebt het niet begrepen.
Ik heb het wel begrepen, antwoordt de secretaris.
Nee, antwoord de Spanjaard.
Als de secretaris voorstelt de discussie te beeindigen, roept de Spanjaard: Ik dacht nog wel dat pelgrims aardige mensen waren.
Dan kent hij de secretaris niet.



Garderobe van de secretaris
Op de Monte Gozo (berg van vreugde) was het voor de middeleeuwse pelgrim bijzonder om als eerste van de groep de kathedraal te zien. De gebroeders Brouwer zien slechts mist.

Zicht op de kathedraal vanaf Monte Gozo

Dan maar naar het bord van de bebouwde kom van Santiago.


Stille fietster
Veronica fietste van Madrid naar Santiago. In Astorga kruiste zij de weg van de gebroeders Brouwer. Ze was een stil meisje dat nogal op zichzelf was. Veel verder dan Hola en Buen Camino kwam de conversatie nooit.
De pelgrimsbroers komen tegelijk met Veronica aan op het plein voor de kathedraal. Ze praat nu honderduit.  Bijvoorbeeld over de fiets van de secretaris die ze muy antigua vindt.
Dat kan wel zijn, antwoordt de secretaris,  maar die oude fiets staat vandaag al voor de vierde keer in zijn bestaan op dit plein.
Als ze hoort dat de beide pelgrims 2500 km gefietst hebben, vindt ze hen helden.
Zij vinden op hun beurt Veroncia een heldin. Solo uit Madrid komen fietsen. En helemaal als ze nog een mooie foto van hen maakt (de foto voor de kathedraal waarmee deze weblog vandaag begint).


Veronica

In de Rua Nova - die in tegenstelling wat de naam doet vermoeden in de oude binnenstad is gesitueerd - vinden de pelgrimbroeders mooi onderdak voor weinig geld. En in de bar ernaast is wifi.
Rua Nova

Zondag vliegen de gebroeders Brouwer weer terug naar huis.

Morgen (zaterdag) nog één keer een afsluitende weblog en dan is ook deze klus geklaard.


Leuk dat u ons op onze tocht heeft gevolgd en graag nog een keer tot morgen.

Bas en André Brouwer, Santiago de Compostela, 25 mei 2012










donderdag 24 mei 2012

Sneller dan het licht

Sarria - Arzua 80 km


Eerst een observatie. De beide pelgrimsbroers zijn gewend des morgens om 6.30 op te staan (ochtenduren op de fiets zijn de mooiste van de dag). In Frankrijk was het dan al een half uurjte licht,  maar naarmate de pelgrims verder Spanje in komen wordt het steeds later licht.
Vanmorgen was het nog gewoon donker  om  half  zeven. Te verklaren uit het feit dat onze pelgrims steeds maar westwaarts gaan. Een van de mooie boeken  van Mireille Madou heet dan ook niet voor niets: De apostel  van het Westen.
Hoe dan ook: eigenlijk fietsen de gebroeders Brouwer sneller dan  het  licht.

Voor de kunstliefhebbers onder de volgers wordt het vandaag een wat schrale dag. Voor de secretaris en de penningmeester was het een van de zwaarste dagen. Allereerst de warmste dag tot nu toe (tegen de dertig graden zonder een zuchtje wind), maar ook  gezien het relief.
Door Galicie fietsen gaat de hele dag omhoog en omlaag. In totaal was er vandaag volgens de gps van de secretaris 1400 m hoogteverschil te overbruggen (ter vergelijking: de Pyreneenklim van Saint-Jean-Pied-de-Port naar Roncesalles kent een verschil van 800 m).
Helaas vanwege alle inspanningen de afslag naar het kerkje van Villar de Donas gemist. Dus ook geen fresco's van mooie dames gezien.

Verdwenen penningmeester
De afdaling naar het stuwmeer van Portomarin was voor de secretaris weer pure poezie.
Maar halfverwege bedacht hij dat een dichter met een flinke hersenschudding ook niet alles is, dus besloot hij zijn helmpje uit de tas te pakken.
Terwijl hij daarmee bezig was flitste de penningmeester voorbij (sneller dan het licht).
Dit was de secretaris echter ontgaan, zodat hij zich steeds meer zorgen begon te maken over zijn wegblijvende broer. De secretaris besloot zelfs terug de berg weer op te fietsen, zich onderweg zorgen makend over alle mogelijke onheil die de penningmeester zou kunnen zijn overkomen.
Maar ook op de top geen penningmeester. Enfin: de gsm (die normaal uitstaat onderweg) bood uitkomst. De penningmeester stond op de brug van Portomarin te wachten op de secretaris.

Strakke secretaris
Geen kunst, maar wel een  anekdote voor de liefhebbers van de wat volksere cultuur.
In Gonzar is het koffietijd. Nu transpireert de secretaris nogal gemakkelijk  en als hij zich inspant zelfs overmatig. De bar in Gonzar ligt bovenaan een flinke heuvel. De combinatie van strakke wielerkleding en vocht maakt blijkbaar dat sommige (edele) lichaamsdelen zich duidelijjk aftekenen. Voor bardame Pilar aanleiding om met de aanwezige clienteel in het Gallego (taal van Galicie) een discussie te beginnen over de vermoedelijke omvang ervan.
Als ze merkt dat de secretaris zich aardig in het Castillano kan uitdrukken en ook laat blijjken dat hij de discussie begrepen heeft, kijjgt ze eerst een rood hoofd. Maar de secretaris kan er wel mee lachen en dan wil  Pilar wel op de foto.

Bardame Pilar schat de secretaris hoog in


In Melide heeft de secretaris inmiddels geen droge draad meer aan zijn lijf, dus op advies van de penningmeester - en om platvloerse discussies aan de bar te vermijden - steekt hij zich in droge kleding.

Santa Maria in Melide
Net buiten Melide  is er  het 12e eeuwse kerkje Santa Maria met prachtige muurschilderingen binnen. Volgens het fietsboekske heeft een van de omwonenden de sleutel, maar als de secretaris discreet buenas tardes door een deur roept, ontmoet hij slechts een boze man die zich gestoord weet in zijn middagmaal.
Verder vormt een achtergelaten hond (geen Hector of Nelson) die de bezittingen van een pelgrim moet bewaken - en dat voortvarend doet - het enig teken van leven.

Pas op de hond

Helaas, ons best gedaan om kunst te scoren, maar tevergeefs.
Dan maar een plaatje van de voor Galicie typische Horreos, bedoeld om mais in te drogen.



In Arzua daarom meteen maar intrek genomen in een mooi modern hotel (met stromend water uit een kraan en elektriken schel) en wifi natuurlijk. De uitbaters zijn twee gezellige broers  die  zich drukmaken om al die pelgrims die wel een kamer willen maar geen Spaans spreken. Hun lijfspreuk: No entiendo es no entiendo.

Onderkomen in Arzua

Morgen de laatste 40 km naar het plein voor de kathedraal. De weg was dan weliswaar het doel, maar zonder doel heb je geen weg.

P.S.  De Heleen (van het T-shirt) die gisteren een bericht op de blog achterliet komt voor op de blog van woensdag 16 mei (Een dagje samen fietsen). We ontmoetten haar in Navarette.
Buen camino Heleen. We hebben geen e-mail adres van je, maar laat nog eens wat van je horen.

Heleen

woensdag 23 mei 2012

De weg van de pelgrim gaat omhoog

Villafranca de Bierzo - Sarria 80 km


Penningmeester, secretaris en twee leden (Jan en Martin)

Gisteren gezellig getafeld, vandaag weer vroeg aan het werk. De dag begint met een ruim 30 km lange klim naar O Cebreiro. 
De klim naar O Cebreiro

Tijdens de klim ontmoeten we Jan en Martin weer.

O Cebreiro bestaat slechs uit een twintigtal huizen met een 10e eeuws kerkje. In de kerk het graf van  Elias Valina de grote instigator van de moderne camino. We plaatsen in gedachten wat bloemen bij zijn graf (voor de fietser is het zijn eer te na om tijjdens een klim af te stappen, dus er was geen gelegenheid bloemen te plukken Mireille).


Graf van Elias Valina
De bouwwijze met het rieten dak ( Pallozas) bleek goed bestand tegen de gierende stormen in de winter.

Palozza in O Cebreiro
Pelgrims te paard

Na O Cebreiro nog twee toetjes in de vorm van twee altos.



Na de altos  weer een fraaie afdaling van 12 km naar Triascastela, pure poezie voor de secretaris die bijna niet hoeft te remmen (frenar es un frecaso).

En voor de lezer die zich afvraagt hoe het met de bolletjestrui ging vandaag. Laten we maar zeggen dat hij hem niet gestolen heeft.

In Triacastela ontmoeten we Jos en Ada uit Woensdrecht. Ze zijn lid van het Vlaams genootschap, het Nederlandse vinden ze te commercieel. Daar moet de secretaris mee van weten, maar als hij zich bekendmaakt, vluchten ze snel weg. In ieder geval goed om die uitstaling in de gaten te houden. Dan maar snel naar de Jacobskerk uit de 11e eeuw met romaanse kooruitbouw. De kerk is zowaar open.

Jacobskerk in Triacastela

 Binnen een fraai beeld van onze apostel.


De kerk biedt de pelgrim een spirituele gedachte.

El  ser humano es un incansable caminante, un peregrino en el tiempe y en la historia. Pero para recorrer bien ese camino de la vida es necesario darle un sentido: saber de donde vengo, a donde voy y como andar ese camino.

In Samos een indrukwekkend klooster in barokstijl,maar de pelgrimsbroers kiezen voor de kapel uit El Salvador uit de 9e eeuw opgetrokken uit gestapelde leisteen met mozarabische trekken. De cypres ernaast schijnt duizend jaar oud te zijn.

Kapel in Samos met oude cypres

In Sarria is het welletjes vandaag.  Bas Caldas aan de camino verhuurt ook kamers. Als de broers uit het raam kijken zitten daar Jan en Martin op het terras.  

Onderkomen in Sarria




dinsdag 22 mei 2012

In de bolletjes

Vandaag was el secretario wat zenuwachtig. Hij had dan wel de bolletjestrui om zij schouders, maar dat moet je ook nog waarmaken. De eerste 15 km naar Cruz de Ferro voeren door een desolaat landschap. Wanneer begint ie nu eens? vroeg de secretaris zich af terwil de penningmeester er een fors tempo op nahield dat nog veel beloofde.
Eindelijk ving de klim dan toch aan. De secretaris dankte onze apostel voor de wonderbaarlijke genezing van zijn heup - dat zag er gisteren nog anders uit - en hij begon de pedalen te geselen verbaasd  nagestaard door allerlei fietsers die zich lieten begeleiden door busjes met bagagevervoer.
Leeg landschap bij op klim naar Cruz de Ferro

Op de top bij Cruz de Ferro was het ijzig koud. Gisteren heeft Mireille alle zin en onzin over deze plek op overtuigende wijze uitgelegd, dus onze pelgrimsbroers hadden wijselijk maar geen steen meegenomen om op de grote hoop te gooien. 
penningmeester arriveert bij Cruz de Ferro
Wat een onzin, zei de penningmeester een paar weken geleden nog. Handschoenen en een ijsmuts mee naar Spanje. Nu was hij blij dat hij toch maar de raad van de secretaris had opgevolgd.
Bolletjes op Cruz de Ferro

Voor een mooie afdaling kun je de secretaris midden in de nacht wakker maken. Met groot genoegen liet hij zich naar beneden vallen richting Ponferrada.
Pure poezie was het voor hem. Of zoals hij  zich eens tijjdens een spreekbeurt bij de Spaanse les van Lola had uitgedrukt.
Una curva bien hecha es como un poema bien escrito (een goed genomen bocht is als een goed geschreven gedicht)

una cuerva bien hecha es como un poema bien escrito
En nu de secretario toch in het Spaans bezig is:
frenar es un frecaso (remmen is  een nederlaag)

het eerste gele stipje is een dalende penningmeester

Enfin: we mogen onze apostel op onze blote knieen danken dat de secretaris toch weer veilig in het dal is geraakt (of is er een beschermheilige van de afalingen?).

Ponferrada is tegenwoordig een drukke indrustriestad, maar er is een fraaie burcht van de Tempeliers.

Tempeliersburcht in Ponferrada

 Er tegenover is de kerk San Andres waar de secretaris zich erg op had verheugd, maar helaas. Ook dicht. Volgens een bord bij de ingang wordt San Andres gerehabiliteerd.

San Andres gezien vanaf de Tempeliersburcht

De basiliek La Encina (de steeneik) is wel open en als een kerk open is, moet je erin aldus de penningmeester die zich overigens steeds meer als een kunstkenner ontpopt, want hij ontdekte meteen een fraai beeld van de heilige Rochus (stond niet in de boekskes).

Rochus in La Encina

Zelfs op het geld ontdekte de penningmeester jacobalia (de kathedraal van Santiago).

Stilleven van de penningmeester


Op  het plein voor de kerk een fraai beeldhouwwerk dat refereert aan de legende over een Tempelier die tijdens de bouw van de burcht in een eik de beeltenis ontdekte van een maagd die ter plaatse al eeuwen vereerd werd (stond niet in de boekskes, maar heeft de secretaris uit eigen nieuwsgaring want hij wil natuurlijk niet achterblijven bij de penningmeester).

Tempelier ontdekt beeld van vereerde maagd in eik (kerk La Encina op de achtergrond)


En daar zijn ineens Jan en Martin weer die we voor het laatst zaterdag in Carrion de los Condes hebben gezien.
Op weg naar Villafranca de Bierzo wordt de secretaris op een helling ingehaald door Martin die een wat badinerende opmerking over de bolletjes maakt.  De secretaris laat zich in eerste instantie intimideren, maar ziet dan ineens de ketting van Martin op  het middelste tandje liggen. Aha, bluffen, met een extra groot verzet. Dat gaat hij nooit tot de top volhouden. De secretaris gaat op de pedalen staan, het zweet gutst uit al zijn porieen, zijn gehijg is tot ver in de omtrek te horen, pijnscheuten vanuit zijn zij tot diep in zijjn lichaam, maar hij komt ruimschoots als eerste boven. De bolletjes zijn gerd voor vandaag.

In Villafranca trakteren de pelgrimsbroers zich maar eens op een mooi hostal (er was weer veel gesnurk vannacht in de herberg). 
De Santiagokerk op de heuvel  is natuurlijk weer dicht, dus maar een mooie postal van het beeld van onze apostel daarin gekocht. 

apostel  op postal

De kerk heeft aan de noordzijde overigens een aparte poort (de poort der vergeving). Pelgrims die door  ziekte niet meer verder konden, mochten daar doorheen waarmee hun pelgrimstocht toch als volbracht werd beschouwd.

De gebroeders Brouwer gaan morgen echter weer onversaagd verder. Dan wacht O Cebreiro (top op 1335m). De secretaris draagt dan deze tocht voor het laatst de bolletjestrui.

Bolle notjes